Tips en advies over elektriciteit

Ten eerste raden we altijd AF zelf aan elektriciteit te sleutelen,

maar indien wij U hier niet van kunnen weerhouden willen we U graag met een handleiding tips bieden.

  • Wat is elektriciteit?
  • Zo werkt de elektrische installatie in uw huis
  • De groepenkast, de indeling
  • Werken aan elektriciteit
  • De kleuren van de draden
  • De leidingen
  • Lasdozen, centraal dozen, sokken en schakelaars
  • Bochten buigen
  • Draden trekken
  • Draden lassen
  • Stopcontact vervangen
  • Schakelaar vervangen
  • Dubbele schakelaar (serie-) schakelaar vervangen
  • Hotelschakelaar aansluiten
  • Hotelschakeling met 3 schakelaars (kruisschakeling)
  • Dimmers
  • Vervangen van schakelaar voor dimmer
  • Een dimmer kan in een hotelschakeling
  • Twee dimmers in een hotelschakeling
  • Twee dimmers onder een knop, een serie dimmer
  • Storing aan dimmers
  • Electra aanbrengen in de badkamer (wat mag wel en niet)
  • Brand
  • Storing, de aardlekschakelaar schakelt uit/ de stop slaat door
  • Perilex Stopcontact
  • Wat nog meer voor zaken die U kunt tegenkomen of slim gebruiken
  • Breng de elektriciteit in kaart
Wat is elektriciteit?
Elektriciteit is energie die ons huis binnenkomt, zeg maar de benzine voor lampen en de wasmachine. Elektriciteit heeft een bepaalde kracht nodig, daarom heeft de elektriciteit die ons huis binnenkomt een waarde van 230 volt. Alle elektrische apparaten verbruiken deze energie, de ene heeft meer nodig dan de andere, de hoeveelheid aan energie drukken we uit in Watt.  ( een gloeilamp gebruikt gemiddeld  60 watt, een spaarlamp 10 watt en een wasmachine 2200 watt ) Al deze apparaten samen bepalen het energieverbruik van een woning, het verbruik wordt geregistreerd door de Kilowattuur meter, ofwel de meter die het aantal watt dat in een uur verbruikt wordt registreert. Om het daarna even ingewikkeld te maken, de spanning, 230 volt is voor ieder apparaat gelijk.  Nemen we het aantal watts en delen we dat door de spanning, de 230 volt, dat krijgen we een waarde die we stroom noemen. Deze drukken we uit in Ampère (A) Een lamp van 60 watt heeft dus een ampèrage van 60 gedeeld door 230 is 0,26 ampère.
Dat aantal amper’s is van belang om uit te kunnen rekenen hoeveel apparaten en/of lampen u tegelijkertijd kunt inschakelen als ze op dezelfde groep zitten. Bij de oude stoppen is aan de kleur van de zekering kunt u zien hoeveel ampère de groep aan kan. Een groene zekering = 6 ampère; Een rode zekering = 10 ampère; Een grijze zekering = 16 ampère, dit komt het meeste voor. Heeft u een moderne groepenkast dan zitten er schakelaars in de meterkast, op deze schakelaars staat het aantal ampères aangegeven.

aardlekschakelaar oude stoppen uitgesneden

naar boven
Zo werkt de elektrische installatie in uw huis.
Uw energiebedrijf brengt de elektriciteit van buitenaf naar binnen, naar uw meterkast. Deze bestaat uit verschillende onderdelen (van beneden naar boven) (afbeelding l).meterkast tekening
  • 1 In het onderste verzegelde deel van de meterkast zitten de hoofdzekeringen. Die mogen alleen bewerkt worden door medewerkers van het energiebedrijf, u mag het zegel dan ook nooit verbreken.
  • 2  Ook de elektriciteitsmeter, het middelste kastje, is door het energiebedrijf verzegeld. Ook aan de elektriciteitsmeter mogen alleen medewerkers van of namens het energiebedrijf werken.
  • 3 In de verdeelkast, stoppenkast of ook wel groepenkast genoemde bovenste kast, wordt de stroomtoevoer gesplitst in groepen. Daarmee wordt voorkomen dat alle elektriciteit uitvalt als u het systeem overbelast, of als er kortsluiting optreedt. Nu is het zo dat alleen de zekering van de betreffende groep doorbrandt, de andere groepen blijven normaal gesproken gewoon werken. Op de verdeelkast zitten schakelaars waarmee u elke groep apart kunt in- of uitschakelen. In de wat nieuwere verdeelkasten zitten naast stoppen ook aardlekschakelaars die een aantal stoppen of groepen tegelijk uitschakelt, zie
  • 4  De aardlekschakelaar houdt in de gaten of er in uw elektriciteit circuit stroomverlies optreedt. Als dat het geval is, schakelt deze schakelaar onmiddellijk uit.  Dit kan voorkomen dat brand ontstaat of iemand geëlektrocuteerd wordt.  naar boven

De groepenkast, de indeling.

Hierboven een foto van een moderne groepenkast.
Onderin de kast komt de elektriciteit van de kilowattuur meter binnen en gaat eerst naar de hoofdschakelaar. Na de hoofdschakelaar wordt de elektriciteit verdeeld.
Twee aardlekschakelaars met daarachter weer ieder drie groepen.
Vanaf deze groepen gaat er een leiding naar de apparaten, lampen en stopcontacten die op deze groep zijn aangesloten.
Is er nu een overbelasting ( meer dan de opgegeven waarde die de groep mag hebben, meestal 16 ampère) of een kortsluiting, dan schakelt de groep schakelaar uit.
Is er een aardsluiting dan schakelt de aardlekschakelaar uit, echter daarmee ook de drie groepen die daaraan vast gekoppeld staan. Vandaar dat een minimum van TWEE aardlekschakelaars in een groepenkast verplicht is.
naar boven

Werken aan elektriciteit

Laat werk aan een groepenkast altijd door een erkend elektrotechnisch installateur uitvoeren, hij kent de gevaren en de eisen die aan zo’n kast worden gesteld.

Zoals u waarschijnlijk wel weet, is elektriciteit gevaarlijk. Een stroomstoot is op z’n minst onprettig, elektriciteit kan dodelijk zijn!. Het is dus van belang dat U voorzichtig doet als u met elektriciteit aan de slag gaat. Wij adviseren u bovendien om zelf alleen klein onderhoud te plegen en vrij eenvoudige veranderingen aan te brengen, voor grotere klussen is de (erkende) installateur het juiste adres, want voor het werken aan een elektrische installatie geldt, dat U zich altijd dient te houden aan de wettelijke voorschriften.

  1. Oefen eerst een keer ‘droog’. Maak vooraf een tekening en ga nog voordat u de werkzaamheden aanvangt, even na hoe de draden lopen, welke kleuren met elkaar verbonden moeten worden en wat de volgorde van de werkzaamheden moet zijn.
  2. Schakel in de meterkast in ieder geval de elektriciteit uit van de groep waaraan u gaat werken. Hebt u een automatische stop, dan zet u de schakelaar om, hebt u een gewone stop, dan kunt u die het beste helemaal eruit draaien. Probeer even of de elektriciteit inderdaad uitgeschakeld is, door te meten met een spannings zoeker of door een lamp of iets dergelijks even aan te zetten die op dezelfde groep zit. Als het goed is, doet deze lamp het nu niet. Twijfelt u nog, maak dan opzettelijk kortsluiting.
  3. Een belangrijke voorzorgsmaatregel is het gebruiken van niet – geleidende materialen. Schoenen met rubber zolen geleiden de stroom niet als u toch een stroomstoot zou krijgen, nog beter veiligheidsschoenen

  1. (U zal een goede elektricien altijd veiligheidsschoenen zien dragen)  Datzelfde geldt voor goed geïsoleerd gereedschap. En, houd water ver uit de buurt van de werkzaamheden. Ga nooit op een natte ondergrond staan en zorg ervoor dat u zelf niet nat bent
  2. Als u een trap nodig hebt, ( neem een goede stevige trap ) zet die dan stabiel neer en ga zo hoog staan dat u makkelijk bij de plaats kunt waar u de werkzaamheden moet uitvoeren.

naar boven

Elektriciteitdraad

De kleuren van de draden

In de elektrische installatie worden vier hoofd kleuren draad gebruikt:

  • BRUIN  – Aanvoerdraad (fase)
  • BLAUW– Afvoerdraad (nulleiding)
  • ZWART – Schakeldraad ( tussen schakelaar en lamp)
  • GEEL/GROEN – Aarddraad

Bij oude installaties kunt u nog te maken krijgen met de ‘oude’ kleuren:

  • Groen  – Aanvoerdraad
  • Rood  – Afvoerdraad   .
  • zwart– Schakeldraad
  • Grijs – Aarddraad.

Noot: Soms komt men in nieuwe woningen ook Wit en Oranje bedrading tegen, wit is veelal voor ventilatie en oranje voor rookmelders.

naar boven

De leidingen

Normaal gesproken bestaan de inpandige leidingen uit ronde kunststof buizen met een diameter van 16 mm. Daar lopen de draden dan doorheen. Als de leidingen in de muur zijn weggewerkt, noemen we ze inbouwleidingen, als ze op de muren zijn aangebracht, spreken we van opbouwleidingen. Een andere soort opbouwleiding is het platte – buissysteem K25. Ook is het mogelijk om elektra leidingen aan te leggen in SL plinten, holle plinten die te gebruiken zijn als kabelgoot, zie hiervoor het onderdeel plinten-kabelgoot

naar boven

Lasdozen, Centraal dozen sokken en schakelaars

Als u ronde buizen gebruikt als opbouwleiding heeft u beugels nodig. Daarmee zet u de buizen om de 40 cm vast op de muur. Verder hebt u zowel voor opbouw- als voor inbouwleidingen natuurlijk lasdozen, sokken, schakelaars en stopcontacten nodig, ook deze zijn verkrijgbaar als opbouw of inbouw. Lasdozen zijn nodig om de aftakkingen te kunnen maken, sokken om de buizen aan elkaar te kunnen koppelen, en schakelaars en stopcontacten om de lamp of het apparaat aan en uit te kunnen zetten.
Er zijn vier verschillende lasdozen:  In een  centraaldoos  (afbeelding 2) maakt u op een centrale plaats ( meestal in het midden van een ruimte in het plafond ) de verbinding naar alle lampen, stopcontacten en schakelaars. Een trekdoos  (afbeelding 3) gebruikt u voor het trekken van installatiedraad en het maken van zogenaamde doorverbinding lassen. Een  T doos  (afbeelding 4) bevat een T-splitsing. Daarmee kunt u aftakken naar een stopcontact of een schakelaar. Een  vork- of gaffeldoos  (afbeelding 5) gaat nog een stap verder dan de T-doos: u kunt hiermee aftakken naar twee stopcontacten of schakelaars. Deze dozen zijn ook allemaal in de inbouwvariant verkrijgbaar.

Lasdoos Centraaldoos Lasdoos Trekdoos Lasdoos T doos Lasdoos Vorkdoos of gaffeldoos

naar boven

Bochten buigen

Als u  niet  met flexibele buis werkt, iets wat we U met klem willen aanbevelen, kunt toch zelf bochten in de buis maken. Daarbij is het natuurlijk van belang om de buis ook in de buiging hol te houden.

Daarvoor hebt u een buigveer nodig. Aan het ene uiteinde van de buigveer bindt u een draad. Die moet zo lang zijn dat hij uit de buis blijft hangen, zodat u de buigveer na gebruik weer uit de buis kunt halen. foto Voor rechte buizen zijn ook kant en klaren 90 graden bochten leverbaar Foto  Gebruikt u wel flexibele buis, wat we u afraden  dan moet u de beugels waarmee u de buis vast zet op de muur, wat dichter bij elkaar plaatsen dan bij niet flexibele buis. Bijvoorbeeld op een onderlinge afstand van 30 cm.

Gebruikt U flexibel buis, dat is het naderhand of bij storingen etc, ontzettend moeilijk draden te vervangen of bij te trekken!

naar boven

Draden trekken

Als u eenmaal de bochten gebogen hebt, kunt u de draden door de buizen gaan leggen. Dat doet u met een trekveer (afbeelding 6). De draden die door de buis heen moeten, bindt u aan het oog dat aan het uiteinde van de trekveer zit. Dat doet u nadat u een stukje van het omhulsel van de draad hebt ‘weg gestript’ met een striptang. Draaide ‘blote’ einden van de draden aan elkaar en haal ze door het oog van de trekveer.

Nu voert u eerst de trekveer door de buis en daarmee dus ook de draden. Zorg ervoor dat u overal waar u draden aan elkaar moet maken (moet ‘lassen’), voldoende draad laat uitsteken. Ook op alle andere plaatsen legt u de draden lekker ruim, zodat u nog eens kunt veranderen, zonder dat u er extra werk aan hebt.

    Draden trekken

naar boven

Draden lassen

Om een draad af te takken kunt u lasklemmen of lasdoppen gebruiken. Een lasklem is plat, een lasdop is rond ( zie afbeelding ). Bij beide is het van belang dat er alleen maar ‘afgestripte draad’ in zit, er mag dus geen ‘afgestripte draad’ uit de lasdop of lasklem steken. Daarom haalt u van de draden die u in de lasklem wilt zetten ongeveer een centimeter isolatie weg, maar als u ze in een lasdop wilt zetten moet dat wat meer zijn. Dan moet u namelijk de ‘afgestripte draden’ in elkaar draaien voordat u ze in de lasdop voert en dat kost millimeters. Let op! Altijd kleur aan kleur! Hebt u teveel ‘afgestripte’ draad; knip dan het overbodige deel weg met een zijkniptang.

Lasdop    

naar boven

Stopcontact ( of Wandcontactdoos WCD ) vervangen

Als u een stopcontact ( WCD) vervangt, kunt u gewoon gebruik maken van dezelfde schroeven en schroefgaten. Evenals bij het oude stopcontact, moeten de blauwe (of rode ) en bruine of groene) draden vastgezet worden onder de contactschroeven. Buig daarvoor een lusje in de ‘afgestripte draad’ en sla dat lusje om de schroef heen. Zorg ervoor dat u de schroef goed vastdraait, een los contact is gevaarlijk omdat er vonken over kunnen springen van draad naar schroef. Tenslotte schroeft u het binnenwerk van het nieuwe stopcontact ( WCD) vast. Vervangt u een geaard stopcontact, dan moet u ook nog even de groen/gele ( of grijze) aarddraad vastzetten aan het contact gemerkt met het aarde-teken.

WCD zonder links  en met rechts randaarde ( aardecontacten ). Wanneer u een WCD op een brandbaar materiaal bevestigt ( bv hout ) dan dient de WCD te zijn voorzien van een muurplaat zoals u ziet op de foto hierboven.

Tip, wij gebruiken altijd WCD’s van het merk GIRA, wat duurder maar kwalitatief goed materiaal

naar boven

Schakelaar vervangen

U gaat te werk als bij het vervangen van een stopcontact, maar nu moet u de bruine draad (of de groene als het om een oude installatie gaat) in het gaatje onder de rode pal steken (of het gat waarbij de aanduiding P of L staat). De zwarte draad steekt u in het gaatje onder de grijze pal. Om de draden weer los te maken, drukt u op de pal. Er is ook schakelmateriaal dat is uitgevoerd met schroefklemmen i.p.v. verende pallen.

Een combinatie van schakelaar en stopcontact vergt een extra handeling: u verbindt het rode contact met bruine draad met een contactschroef van het stopcontact. De blauwe draad plaatst u onder de andere schroef van het stopcontact.

Combinatie, WCD ofwel stopcontact geaard met schakelaar, links inbouw, rechts opbouw

naar boven

Dubbele (serie-) schakelaar vervangen

Een dubbele (serie-)schakelaar wordt aangesloten met twee zwarte draden en één bruine draad. U bevestigt de bruine draad aan de fase (rode contact of P of L) en de twee zwarte draden aan de contacten die er tegenover liggen. Een serieschakelaar is niets anders dan twee schakelaars in een kastje, zie foto hieronder

naar boven

Hotelschakelaar ( of wisselschakelaar) aansluiten

In een hotelschakeling worden 2 gelijke (wissel) schakelaars gebruikt om één lichtpunt te kunnen bedienen, zoals bijv. in de hal. De eerste schakelaar (A) wordt aangesloten met de bruine draad aan de fase (rode contact of P of L) en met de 2 zwarte draden aan de 2 andere contacten. Deze 2 zwarte draden maken de verbinding met de tweede schakelaar (B). De tweede schakelaar heeft 3 zwarte draden. De zwarte draad die op de fase (rode contact of P of L) is aangesloten, gaat naar de lamp. De overige 2 zwarte draden, die op de andere contacten worden aangesloten, maken de verbinding met de eerste schakelaar. Wanneer u deze tweede schakelaar gaat vervangen, merk dan de zwarte draad die op de fase is aangesloten met een stukje tape. Zo weet u precies welke zwarte draad u in de nieuwe schakelaar ook weer op de fase moet aansluiten.

Hotelschakeling aansluiting schema

naar boven

Hotelschakeling met 3 schakelaars (kruisschakeling)

Wanneer er een lamp is die door DRIE (of meer) schakelaars bedient moet worden zoals bv in een trappenhuis dan komt er in het midden een zogenaamde kruisschakelaar. U ziet hieronder het principe schema. De kruisschakelaar is oneindig uit te breiden.

Hotelschakeling met 3 schakelaars schema

naar boven

Dimmers

Om te beginnen zijn goede dimmers niet goedkoop, echter bezuinigen op de prijs is niet geheel verstandig.

Er zijn vijf soorten dimmers

  • Dimmers voor gewone lampen en 220 volt halogeen lampen
  • Dimmers voor halogeen verlichting 12 volt elektronische trafo
  • Dimmers voor 12 volt conventionele trafo’s
  • Dimmers voor LED en TL verlichting, de zgn 1 tot 10 volt dimmers
  • Dimmers speciaal voor LED verlichting, het verschil is met name dat deze dimmers vanaf een lager wattage kunnen dimmen

naar boven

Vervangen van schakelaar voor dimmer

Wanneer we een schakelaar of wisselschakelaar willen vervangen voor een dimmer dan geld dezelfde procedure.

naar boven

Eén dimmer kan in een hotelschakeling worden toegepast, u dient echter op te letten dat de dimmer een wisselschakeling bevat, ( op de dimmer staat aangegeven dat er een ingang voor de plus en twee aparte uitgangen voor de lamp zijn).

naar boven

Twee dimmers aansluiten in een wisselschakeling is mogelijk, dit kan alleen niet met twee klassieke dimmers, hiervoor is speciaal installatie materiaal noodzakelijk.’

naar boven

Twee dimmers onder één knop is mogelijk, we noemen dit een serie dimmer. Een goede serie dimmer is duur en niet in bouwmarkten te koop, Toch adviseren wij U in geval van twee dimmers een goede serie dimmer bij ons te bestellen, of twee losse dimmers onder elkaar, in of opbouw is beide mogelijk.

Hier een afbeelding van een serie dimmer knop, ofwel een dubbele dimmer, het dimmen gebeurt door kort of lang indrukken in plaats van draaien 

naar boven

Storing aan dimmers

Een goede dimmer bevat een zekering die defect kan zijn, U vindt de zekering in de vorm van een dun glazen buisje achter de draaiknop, FOTO in kleine letters staat op de zekering hoeveel de waarde van ( een nieuwe ) zekering moet zijn, de waarde in watts en dan weer omgerekend in ampère die de dimmer technisch kan dimmen. Wanneer de zekering blijft stukgaan is er iets met de dimmer of de lamp niet goed.

naar boven

Elektra aanbrengen in de badkamer

Omdat de combinatie van water en elektriciteit gevaarlijk kan zijn, bestaat er een aantal richtlijnen voor elektra in badkamers en douches en dergelijke. De NEN1010 ( de electriciteit wet) gaan daarbij uit van twee opties: natte ruimten waarbij in de groepenkast een aardlekschakelaar is aangebracht (installatie A ) of zonder aardlekschakelaar (installatie B).
installatie A: ( met aardlekschakelaar )

zone indeling badkamer

Als de groep waarop uw badkamer is aangesloten wel beveiligd is door een aardlekschakelaar, gaat de NEN1010 uit van een zone-indeling zie afbeelding hieronder. In de zones 0, 1 en 2 mag niets op het gebied van elektra aangebracht worden. In de resterende ruimte (zone 3) mag u wel schakelaars, stopcontacten en verlichting plaatsen (dus ook halogeenlampen en dimmers).

installatie B ( zonder aardlekschakelaar) Als de groep waarop uw badkamer is aangesloten niet beveiligd is door een aardlekschakelaar, zijn stopcontacten in de badkamer verboden. Een uitzondering hierop vormt het speciale scheer stopcontact. U mag een lichtschakelaar aanbrengen, als dit een hooggeplaatste trekschakelaar is. Andere schakelaars en dimmers moet u buiten de badkamer aanbrengen. De lichtarmaturen die u gebruikt, moeten waterdicht zijn en geaard of dubbel geïsoleerd. U mag zowel halogeenlampen als gewone spots gebruiken, mits deze branden op een 12-volts transformator die u buiten de badkamer plaats.

Een scheer stopcontact zoals hieronder is afgebeeld werkt geïsoleerd ten opzichte van de andere elektriciteit en is daarom toegestaan, uitsluitend bedoelt voor lichte apparaten zoals een scheerapparaat of een elektrische tandenborstel, dus GEEN föhn.

scheerstopcontact

naar boven

Brand!

In de media wordt kortsluiting altijd genoemd als oorzaak van brand, dit is maar ten dele waar.

Brand c.q. warmte ontwikkeling ontstaan:

  • Bij een slechte elektrische verbinding in combinatie met een hoog stroomgebruik. Daar waar de verbinding slecht is ontstaat warmte.
  • Bij een slechte isolatie van stroom geleidende delen ( bv wanneer bedrading slechte isolatie heeft, denk aan oude of beschadigde bedrading )
  • Bij een hele slechte elektrische verbinding kan er inderdaad direct vuur ontstaan.
  • Ook bij slechte verbindingen van laagspanning installaties is een gevaar voor brand groot, we praten over 12 volt verlichting gevoed door een halogeen trafo.
  • Kortsluiting bij gewikkelde halogeen trafo’s zonder extra zekering
  • Warmte ontwikkeling ontstaat vaak in de groepenkast, omdat daar alle verbruikers samen zijn aangesloten en er dus veel stroom door de draden loopt.

Een AARDLEKSCHAKELAAR schakelt in 50% van de storingen met weglekkende, brandgevaarlijke stroom uit en een ROOKMELDER detecteert brand in een vroeg stadium.

naar boven

Storing, de aardlekschakelaar schakelt uit

Wanneer de aardlekschakelaar afschakelt heeft dat te maken met een aardlek (Dat is iets anders dan kortsluiting) Ga als volgt te werk, schakel de groepsschakelaars achter de aardlekschakelaar uit, schakel de aardlek in en vervolgens een voor een de groepsschakelaars. Bij de groepsschakelaar waar de aardlek uitschakelt is iets mis. Ga vervolgens na welke elektrische apparaten op deze groep zijn aangesloten en schakel ze eerst allemaal uit en vervolgens een voor een weer aan om te achterhalen welk apparaat de storing veroorzaakt. Dit apparaat is defect en dient te worden gerepareerd of vervangen. Vaak komt een storing van een aardlekschakelaar voor bij vocht. Apparaten die met water te maken hebben zoals waterkokers, wasmachines zijn veel de boosdoener. Ook buiten elektra, zoals buitenverlichting die door regen vol lopen met water geven nogal eens problemen. Ook kan de oorzaak in de elektrische installatie zelf zitten, in dat geval dienen wij de installatie door te meten.

naar boven

Perilex Stopcontact ofwel Wandcontactdoos met 5 gaten

Een perilex stopcontact of aansluitpunt heeft 5 aansluitingen.

het is bedoelt om:

  • de elektrische kookplaat mee aan te sluiten, de aansluiting betreft dan 2 x 230 volt of 3 x 380 volt.
  • de mechanische ventilatie mee aan te sluiten, in dit geval betreft het enkel 230 volt met verschillende standen.

Een Perilex aansluitpunt is dus niet bedoelt om zonder kennis te gebruiken, wees er voorzichtig mee!!

naar boven

Wat nog meer voor zaken die U kunt tegenkomen of slim gebruiken

naar boven

Breng de elektriciteit in kaart!

Als u gaat klussen is het handig als u direct kunt zien welke groep u uit moet schakelen. Als er een storing is, is kennis van de verdeling van de elektra nog veel meer essentieel. Maak daarom een schema wat op welke groep zit of plak een stickertje boven elke groep. Wij kunnen dit ook voor u verzorgen.


Zo ziet een overzicht tekening er uit

naar boven

vragen? DoeMeerMetVerlichting@gmail.com  of 06 20 44 11 11